Nr. 39 met Rijst
Voor mijn familie van wie ik zielsveel hou!
(ik weet alleen niet hoe ik dat moet zeggen)
De eerste Chinees-Indische restaurants
Toen mijn familie zich in de jaren-‘70 vanuit Hong Kong in Nederland vestigde, bestond het Chinees-Indisch restaurant al even. Chinese restaurants bestonden in Nederland zelfs al veel langer. Nadat Indonesië in 1945 de onafhankelijkheid uitriep, vertrokken in de periode van dekolonisatie die daarop volgde veel mensen –(Indische) Nederlanders, Molukkers en Peranakans- massaal naar Nederland. Eenmaal hier, verlangden zij naar Aziatische smaken en gerechten zoals zij die kenden uit de voormalige kolonie. De al bestaande Chinese restaurants sprongen in op deze vraag door Indische koks in dienst te nemen en de gerechten aan te passen. Dit resulteerde in het ontstaan van het Chinees-Indisch restaurant. Sindsdien bestaat de menukaart steevast uit een mix van Chinese en Indonesische gerechten, die sterk aangepast zijn aan de smaakvoorkeur van de Nederlander.
Het Chinees-Indisch restaurant werd halverwege de 20ste eeuw razend populair en verspreidde zich snel naar alle uithoeken van het land. Decennia domineerden zij het culinaire landschap. Generaties Nederlanders maakten via het Chinees-Indisch restaurant kennis met ‘exotische smaken’ en met ‘uit eten gaan’. Op hun hoogtepunt in het jaar 2000 telde Nederland ruim 2300 Chinees-Indische restaurants. Dat het Chinees-Indisch restaurant zeer belangrijk is geweest voor de ontwikkeling van de eetcultuur in Nederland werd in 2021 bevestigd toen het dankzij de inzet van Stichting Meer Dan Babi Pangang werd toegevoegd aan de lijst van Nederlands immaterieel erfgoed.
De restaurants van mijn familie
Mijn moeder vergezelde haar vader uit Hong Kong, beiden waren zij op zoek naar een beter bestaan. Mijn opa kon in Dordrecht Chinees-Indisch-Hollands Hotel-Café-Restaurant Nanking overnemen. Hij hernoemde het Kwai Lok, wat geluk betekent. Enkele jaren later sloot Kwai Lok haar deuren en opende mijn opa op een nieuwe locatie in Dordrecht Chinees-Indisch restaurant Hong Kong. Via België en Spanje had mijn vader zich inmiddels bij mijn moeder gevoegd en beiden werkten zij nu in het restaurant van mijn opa. Vanaf 1990 waren mijn ouders zelf ook eigenaar van een Chinees-Indisch restaurant, Choie Sing in Den Haag. Rond 2000 verkochten zij dit restaurant om eigenaar te worden van snackbar Taria de Neushoorn in Dordrecht. Bijna heel mijn familie heeft ooit in een Chinees-Indisch restaurant gewerkt, maar tegenwoordig doet iedereen iets anders. Het restaurant van mijn opa is al jaren gesloten. Op de plek van het restaurant zit nu een Mediamarkt. Het Chinees-Indische restaurant dat van mijn ouders was geweest zou tot 2008 in bedrijf blijven, nu huist er een pizzeria.
In Nederland kregen mijn ouders drie kinderen waarvan ik de oudste ben. Hoewel ik en mijn twee broers bekend zijn met de Chinees-Indische restaurants van mijn familie, hebben we er weinig tijd doorgebracht. Vanwege de veeleisende werkzaamheden in het restaurant, kozen mijn ouders ervoor om de doordeweekse opvoeding over te laten aan een Nederlandse pleegmoeder, die mij en mijn broers gedurende twaalf jaar met veel zorg opvoedde. Met de keuze voor een pleegmoeder hoopten mijn ouders ons een betere toekomst te bieden. Het opgroeien en navigeren tussen twee uiteenlopende culturen zorgde in de praktijk echter geregeld voor complexe situaties tussen mij, mijn ouders en mijn pleegmoeder. De band met mijn biologische ouders is pas later ontwikkeld en mijn kennis van de Chinese cultuur en taal is beperkt, wat doorwerkt in onze communicatie en het begrijpen van elkaars gevoelens. Tegelijkertijd is mijn familiegeschiedenis de brandstof om via mijn kunstpraktijk antwoorden te zoeken op persoonlijke vragen. Het Chinees-Indisch restaurant is hiervoor het sprankelende decor.
Het beeld van het Chinees-Indische restaurant
Ik vind Chinees-Indische restaurants zelf prachtig, maar het feit is dat deze restaurants vaak belachelijk worden gemaakt, of op zijn minst niet serieus worden genomen. Een typerend voorbeeld hiervan is de vraag van zanger en jurylid Gordon in het programma Holland’s Got Talent aan de Chinese deelnemer Xiao Wang of hij ‘Nr. 39 with Rice’ ging zingen. Wat ogenschijnlijk een onschuldige grap lijkt, is in werkelijkheid een pijnlijke weergave van het diepgewortelde en eenkennige stereotype beeld van de Chinees in Nederland. Het ondermijnt het Chinees-Indisch restaurant en de restaurant-gemeenschap, reduceert de Chinees-Indische keuken en houdt hardnekkige stereotypen over Aziaten in stand. Het laat zien hoe weinig kennis er is van de Chinese cultuur.
Een tweede, subtieler, voorbeeld is het boek Chin. Ind. Spec. Rest. van Mark van Wonderen. Van Wonderen fotografeerde de vooraanzichten van 1090 Chinees-Indische restaurants. Het vastleggen van 1090 Chinees-Indische restaurants is absoluut een prestatie op zich. Wat mij steekt, is de wat lacherige ondertoon in de bijschriften, die op mij denigrerend overkomt. Woorden als ‘treurig’ en ‘lelijk’ worden hierbij veelvuldig gebruikt1. Ik vind dit opmerkelijk omdat van Wonderen net als ik zegt een eerbetoon aan de Chinees-Indische restaurants te brengen. Naast dat van hem, zet ik nu dat van mij. Hij maakt een eerbetoon aan iets lolligs uit zijn jeugd en de vergane glorie die daarvan over is. Ik maak een eerbetoon aan mijn familie en aan alle andere Chinese restaurant families in Nederland.
Mijn reis deel 1: Herinnering
Met de trein en de vouwfiets, door weer en wind, bezoek ik sinds 2014 Chinees-Indische restaurants. Tijdens mijn bezoek verzamelde ik de afhaalmenukaart en bij een groot aantal Chinees-Indische restaurants bestelde ik een gerecht om te fotograferen en op te eten. Met name in het begin vond ik het heel spannend. Ik was benieuwd hoe de ontvangst zou zijn en wat ik aan zou treffen. Ik vreesde voor een bepaalde vorm van afwijzing, bijvoorbeeld omdat de Chinees-Indische restaurants mij aan zouden kunnen zien voor een concurrent, die aan de hand van de afhaalmenukaart de prijzen en gerechten kwam vergelijken. Het tegendeel bleek het geval, want in veruit de meeste gevallen resulteerde mijn bezoek in mooie ontmoetingen met de mensen van het restaurant. De herinneringen hieraan zijn mij zeer dierbaar. Een aantal van deze herinneringen komen in dit stickeralbum terug, als onderschrift bij de betreffende stickers.
Sticker 74 bijvoorbeeld, stamt van mijn bezoek aan Chinees-Indisch restaurant Gouden Kom in Maassluis in 2019 waar ik het gerecht Yung For Dim vastlegde. De zoon van de eigenaar herkende mij van onze gezamenlijke tijd op de Chinese zaterdagschool. Dit kwam onverwachts en emotioneerde mij, omdat ik hem eerst niet herkende en ik de periode aan de Chinese zaterdagschool eigenlijk verdrongen had. Bij vertrek weigerde hij, ondanks mijn aandringen, mij te laten betalen. Als bedankje beloofde ik hem ooit, wanneer het af zou zijn, dit boek te geven.
Mijn aanwezigheid bleef ook niet onopgemerkt bij de reguliere klanten van het Chinees-Indisch restaurant. Dit leidde soms tot komische situaties, omdat zij mij aanzagen voor ‘personeel’, of voor de ‘zoon van de eigenaar’ en dus advies vroegen over de menukaart of de weg naar het toilet. Verbaasde blikken kreeg ik wanneer ik mijn gerecht vanuit alle hoeken vastlegde met mijn camera. Niemand ontging het, doordat bij elke foto die ik nam het Chinees-Indisch restaurant verlicht werd door het afgaan van de flitser.
Andersom bestudeerde ik de Nederlandse klanten en wat zij bestelden. Het intrigeerde mij dat zij de gerechten zelden deelden en dat het dus voorkwam dat een gezelschap meerdere keren Babi Pangang of Tjap Tjoy bestelde, of dat een groep zelfs allemaal hetzelfde wilde. In de Chinese cultuur is het delen van gerechten een uiting van respect en vriendschap. Waar Nederlanders dan weer wel goed in zijn is het delen van de rekening. Wederom in tegenstelling tot de Chinese cultuur, waar het een eer is om de rekening te betalen en er vriendschappelijk om wordt gevochten.
Eén van mijn dierbaarste herinneringen stamt uit 2014 toen ik Chinees-Indisch restaurant Happy Corner in Amsterdam bezocht waar ik het gerecht Kipblokjes met Pikante Saus vastlegde. Het was de eerste foto die ik maakte van een Chinees-Indisch gerecht en de start van dit project. Die avond was bijzonder vanwege de viering van een verjaardag een tafel verderop. De jarige werd uitbundig toegezongen en kreeg een ijscoupe met ijsfontein. Ik kon een nostalgische glimlach maar moeilijk onderdrukken toen ik besefte hoe het vieren van verjaardagen in Chinees-Indische restaurants ooit de normaalste zaak van de wereld was. De foto die ik maakte in Happy Corner van het gerecht Kipblokjes met Pikante Saus zou door de jaren heen het iconische beeld worden van dit kunstproject.
Een onverwachte onderbreking
In 2019 zorgde de uitbraak van COVID voor een onverwachte onderbreking van de mogelijkheid om voor mijn kunstproject restaurants te bezoeken. Belangrijker en treuriger echter was het, dat tijdens de pandemie eens te meer zien was wat het effect van reducerende stereotypen kan zijn. Wereldwijd, ook in Nederland, was er een opleving van anti-Chinese sentimenten, die resulteerden in verbaal en fysiek geweld tegen Chinezen en anderen Oost-Aziaten. Ook Chinees-Indische restaurants werden mikpunt van geweld en spot. Een dieptepunt was het lied ‘Voorkomen is beter dan Chinezen’ van radio-dj Lex Gaarthuis, waarin gezongen werd over ‘stink-Chinezen’ en dat het virus te ontlopen is door geen Chinees te eten. Ondanks de ophef die dit veroorzaakte in de Chinese gemeenschap werd het lied door de maker(s) wederom afgedaan als grap. De opleving van anti-Chinese sentimenten en geweld tegen Aziaten hebben mij echter verder gesterkt om, daar waar de maatregelen het toelieten, door te gaan met mijn reis langs Chinees-Indische restaurants.
Mijn reis deel 2: Verzameling
Inmiddels heb ik bijna alle Chinees-Indische restaurants in Nederland bezocht, ongeveer 1200. Enkele tientallen restaurants van mijn lijst uit 2014 heb ik gemist, omdat ze ondertussen stopten of een andere weg insloegen. Een kleine honderd restaurants staan nog op mijn lijstje – de reis gaat door! Waar in het begin van mijn reis de nadruk lag op het vastleggen van de nummer 39 van de menukaart, werd het logisch naarmate ik vorderde om als kunstenaar te kiezen voor een andere benadering. Ik wilde niet de indruk wekken te vervallen in vooroordelen of bijdragen aan een eenzijdige beeldvorming, zoals Gordon dat deed met zijn opmerking. Voortaan koos ik bij mijn bezoek aan de Chinees-Indische restaurants niet voor de nummer 39, maar voor het vastleggen van unieke gerechten. Hiermee hoopte ik bij te dragen aan een positieve herwaardering van Chinees-Indische restaurants.
Mijn bijna tien jaar durende reis langs de Chinees-Indische restaurants heeft geresulteerd in een collectie van ongeveer 1200 unieke afhaalmenukaarten en meer dan 250 foto’s van unieke Chinees-Indische gerechten. Onderweg is de verzameling aangevuld met honderden suikerzakjes, tientallen rolkalenders, vazen, peper&zout-stelletjes, boeddha’s, bierglazen, luciferdoosjes en ansichtkaarten die terug te voeren zijn tot (voormalige) Chinees-Indische restaurants. Wat mij vooral bijblijft zijn de gesprekken met restauranthouders en personeel over (de geschiedenis van) het restaurant en over waar onze geboortegrond ligt. Wanneer de reden van mijn bezoek ter sprake kwam, mondde dit vaak uit in (h)erkenning en bewondering.
Ook vandaag zijn Chinees-Indische restaurants nog in groten getale aanwezig, maar daalt het aantal al enkele jaren door sterk toegenomen concurrentie, nieuwe ontwikkelingen op het gebied van dineren, de transitie naar de snackbar, sushi en wok en de nasleep van COVID-19. Ook bereiken steeds meer Chinees-Indische restauranthouders de pensioengerechtigde leeftijd, wat zorgt voor een natuurlijke afname van het aantal restaurants.
Hoewel het mij raakt wanneer een Chinees-Indisch restaurant verdwijnt, ben ik ook van mening dat het niet altijd erg hoeft te zijn. Want waar het voor de eerste generaties Chinezen, vaak vanwege taalbarrière en opleidingsniveau, een noodzaak was in het Chinees-Indisch restaurant te werken, geldt dit niet voor hun nazaten. De jongere generaties Chinezen zijn vaak hoog opgeleid en vinden makkelijker hun weg op de Nederlandse arbeidsmarkt. Waar het voorheen een noodzaak was om te werken in het Chinees-Indisch restaurant, is het nu in veel gevallen een vrije keuze.
Bedankt
Mijn reis langs de Chinees-Indische restaurants was intens, confronterend en op momenten emotioneel. Zeer dankbaar ben ik de Chinees-Indische restaurants voor de gastvrije ontvangst en de heerlijke gerechten. Ondanks de cultuur- en taalbarrière die ik soms ervoer, voelde ik mij thuis en beeldde ik mij in hoe het zou zijn om op te groeien in een Chinees-Indisch restaurant. Het interieur, de aankleding en de aquariums, die ik in de loop der jaren steeds minder tegenkwam, herinnerden mij aan de Chinees-Indische restaurants van mijn familie.
Geregeld herkende ik mijn ouders in de mensen van het restaurant en besefte ik hoe hard zij hebben gewerkt sinds hun komst naar Nederland op zoek naar een beter bestaan. Dat harde werken was zelden voor henzelf, maar vaker ter financiële ondersteuning voor familie in Hong Kong en later voor mij en mijn broers. Met de hoop op een beter bestaan hebben mijn ouders moeilijke keuzes gemaakt en daar de consequenties van geaccepteerd. Ik heb er wat langer over gedaan, maar via mijn kunstenaarschap en mijn reis langs de Chinees-Indische restaurants, reflecterend op de sentimenten die zij oproepen, ben ik zelf ook de Chinees-Indische restaurants gaan herwaarderen. Ik omarm nu steeds meer mijn familiegeschiedenis en mijn Chinees-Nederlandse identiteit. Een verademing, nu nog Chinees leren!
- In november 2023 bracht Mark van Wonderen een zesde en herziene uitgave uit getiteld “Collectie Chin. Ind. Spec. Rest.”, waarin veel onderschriften bij de foto’s zijn verwijderd of aangepast. Naar mijn smaak blijft de toon van het boek overeind. ↩